Ik zal een jaar of 12 zijn geweest toen ik voor het eerst met zeebaars in contact kwam. Mijn vader wist mijn moeder te overtuigen dat een dagje vissen goed was voor een jonge knul. Uiteraard werd er een hengeltje voor de geep meegenomen en een makrelenpaternoster. Gelukkig voor ons beiden zat de vis onder de kant. Een Reactor Hemahengel van de beste kwaliteit gewapend volglas werd opgetuigd met een RU Record zeemolen waar je zonder pardon een tweetal lustrums garantie op kreeg. Geweldig vond ik het...Vissen met mijn vader. Hoe het kwam weet ik niet, maar mijn beide broers, die toch dezelfde opvoeding kregen, waren absoluut niet besmet met het "Ichthus"virus. Hij deed het speciaal voor mij want in zijn hart vond hij het vissen op geep vreselijk. Wanneer je niet uitkeek dan slikte dat arme beest de haak en werd het een smeerboel. Mijn vader was in zijn hart meer een zeeltvisser en geen zeevisser. Tijdens het vissen greep een ander soort vis dan de geep mijn stukje vis en de rover was bij mijn vader absoluut onbekend. Uiteraard bood de plaatselijke vishandel uitkomst en deze verzekerde mijn vader dat hij "goud" in zijn handen had. Deze vis was een echte "zondagvis" Inderdaad werd de zeebaars door mijn moeder vakkundig gefileerd ( mijn opa was visserman en had het zijn dochters vroeg bijgebracht) en omgetoverd in een heerlijke zoutwater traktatie.

 De trend was gezet en mijn eerste ervaring met zeebaars was een feit.

IERLAND

De tweede ervaring was een heel eind later, om precies te zijn in 1982 toen ik in Ierland woonde. Daar had je een aantal fantastisch mooie baaien waar het perfect vissen was op platvis en rog. In de nazomer als er volop zeeforel aan het binnentrekken was stond het er vol met voornamelijk Engelsen. Dit waren meesters in het vliegvissen en ik heb toen ook met verbazing naar deze kunstige manier van vissen staan te kijken. Ik was al heel snel overtuigd van het feit dat ik deze vorm van visserij absoluut moest leren. Vlakbij een rotsenpartij stond een oudere man die erg bedreven was in het precies plaatsen van de vlieg. Hij had tientallen variaties in het werpen en ik had al heel snel door dat hij van al de vissers daar aanwezig wel de allerbeste was. Hij wierp de blauw witte vlieg steeds in een stroomnaad die langs de rotsen liep en zeker een op de vijf worpen had hij  vis. Met een ongelofelijke precisie werd het blauw witte vliegje naar binnen gestript en een bijna fluitende lijn door het kristalheldere zeewater verraadde weer een zeebaars. Met een arterietang werd de schitterende stekelridder weer in zijn element teruggeplaatst. Toen ik in mijn beste Engels vroeg waarom hij ze niet bewaarde voor de pan, keek hij me aan en vroeg of ik zelf sportvisser was. Uiteraard was mijn antwoord " ja "en toen moest ik met hem meekomen. Hij liep naar een nostalgisch rieten mandje wat me alleen uit de oude literatuur was bijgebleven. Hij opende voorzichtig het klepje en er lag een zeebaars in van rond de 50 cm. Dit was de eerste vis en daarom ligt hij in de mand. Als hij ondermaats was geweest had ik hem uiteraard teruggegooid maar nu gaat hij mee. Ik neem altijd maar 1 vis mee voor de pan omdat ze in de vriezer er toch niet beter op worden. In mijn hart vind ik deze  vis zo mooi dat ik het bijna niet over mijn hart kan verkrijgen om hem mee nemen. Als ik alleen had gewoond dan had ik hem zeker teruggegooid. Maar ja je doet wel eens wat om je vrouw te plezieren. Waarom denk je dat ik hier sta?

Dit was een liefhebber en de vriendschap was een feit. Aangezien ik de kunst van het vliegvissen niet meester was vroeg ik heel beleefd of het moeilijk was. Met een bijna lachwekkend gezicht vroeg hij of ik zondagmorgen tijd had. Hij wilde nog graag even vissen en dan zou hij mij zondagmorgen de beginselen leren van de waarschijnlijk meest interessante vorm van sportvissen. Om een lange en moeizame morgen u allen te besparen ....Ik ving er om precies te zijn drie. Mr Tom Casey ving er terloops, terwijl hij mij aan het uitleggen was, toch nog even 16. Aantallen waar je natuurlijk alleen maar van dromen.

GARNALEN

Waarschijnlijk door het lot kwam ik er ook achter dat er een heel andere manier bestond om deze heel mooie en oersterke vis te belagen. De wind ging ineens westelijk waaien waardoor het vissen met de vlieg een niet uit te werken optie bleek. Tom ging het water uit en liep naar zijn auto. Kom maar met me mee dan gaan we even aas vangen. Gewapend met een zelfgemaakte "totebel"gingen we richting het plaatselijke haventje. Naast de palen van het steigertje werd het net te water gelaten en binnen "No Time"hadden we een honderdtal grote steurgarnalen. Tom noemde de beestjes "bullshrimps" of "diamondshrimps" Volgens zijn zeggen ving je er nog veel meer als je het netje met visafval zou beazen en even op de grond zou laten liggen. We hadden  aas genoeg en ik was benieuwd op het verhaal dat volgde.

We parkeerden de auto iets verder dan de plaats waar we hadden staan vliegvissen. Hij tuigde een lange karperhengel op met een schuifdobbertje. Een beetje het model van een vlokdobbertje maar dan met een iets voller drijflichaam. Er werden twee grove loodhageltjes op 30 en 60 cm van de round bend karperhaak gemonteerd en toen kwam het mooiste van het verhaal. Hij haalde twee garnalen uit de aasemmer. De haak werd heel precies alleen door het staartschildje gestoken en de tweede garnaal ook. Ze hingen nu met hun ruggen tegen elkaar. Volgens Tom maakten de garnalen onder water een knikkend geluid en dit moest onweerstaanbaar voor de zeebaars zijn. Kritisch als ik ben vroeg ik me af of alle garnalen onder water met hun ruggen aan elkaar zaten en dat volgens mij de zeebaars de garnaal sowieso neemt als natuurlijk voedsel.

Volgens Tom was dat een waarheid als een koe maar toch dit was nog aantrekkelijker voor de " bass"In de stroom pakten we inderdaad zeebaars op de garnaal en ik was verkocht aan deze schitterende vis. Ik nam maar de gewoonte van Tom over om maar 1 vis voor de pan mee te nemen. Oh wat moest ik me verbijten toen mijn een na laatste vis een onvervalste "knijter" was van 77 cm. Ik heb zonder ook maar een seconde te smokkelen 17 minuten met deze vis aan de lijn gestaan. Met de kracht van de stroom erbij gerekend had het een drill van jewelste. Na de totaal gave vis te hebben onthaakt en vrij te hebben gelaten moest ik hem volgen uit het water. Eigenlijk baalde ik als een onvervalste driewegstekker maar ik heb het toch maar gedaan. Hij haalde uit zijn auto een zilveren heupflesje en schonk twee glaasjes Paddy Whisky in. Ik als " Hollandse volle melk jongen" had dit nog nooit gedronken en ik vond het echt vreselijk. Toen ik in mijn onschuld vroeg waarom hij niet meer doorviste keek hij me aan en zei " je moet van alles genieten en na zo een vis moet je dat met stijl vieren"   Een citaat uit de beroemde Asterix en Obelix boeken borrelde boven. "Rare jongens die Engelsen" of waren het nu Romeinen? Nadat mijn pas verworven Engelse vriend weer was teruggekeerd naar de U.K. heb ik de zeebaars op vele manieren gevangen en kan ik me voorstellen dat er mensen zijn die hun hart hebben verpand aan deze schoonheid van een vis. Ik ben in die dertien maanden van mijn verblijf heel wat keren wezen vissen op zeebaars op dit magisch blonde strand.

NEDERLAND

Hoe het komt weet ik niet maar ik heb zoveel grote zeebaars op een plek niet meer meegemaakt Mijn record in Ierland was 63 maatse baarzen op een dag. Met lepeltjes, spinners garnalen, zeepieren en zagers wist ik ze te vangen. Waarschijnlijk wist mijn Engelse vriend deze trucs ook wel maar hij vond deze twee manieren de meeste stijl hebben. In Nederland denken de zeebaarzen echt niet anders dan in Ierland. Vanaf 1984 vis ik dan ook op zeebaars in Nederland en ik moest dan ook vreselijk lachen toen ik las in ons enige zoute sportvisblad "Zeehengelsport"dat iemand zonder naam te noemen schreef dat hij het zeebaarsvissen met de dobber had ontdekt Ik stond al 16 jaar terug op de kop van de pier en langs de blokken met een lange karperhengel en een vlokdobber montage.

Wanneer je dat nog nooit hebt gedaan moet je dat echt eens proberen. In Nederland kun je op vele manieren op zeebaars vissen. De grootste fout is om te denken dat je de zeebaars niet kunt vangen want dat is echt niet zo. De zeebaars is alleen een seizoensgebonden vis en je moet bereid zijn om vele uren te maken om te weten wanneer ze er zijn en wanneer ze "los" zijn. Niet iedereen is in de gelegenheid om zoals mijn grote vriend Rene Sehr zowat vanaf zijn werkplek  op zeebaars te kunnen vissen.

Ik moet minstens 25 minuten rijden om de zeebaars te belagen en ik voel in dat opzicht al bevoorrecht. Rene is een echte fanatiekeling als het gaat om zeebaarsvissen en gaat er zelfs voor naar Amerika. Daar worden de "stripers" nog even iets groter dan de zeebaarzen bij ons. Deze torpedo's kunnen tot 60 pond groot worden. Ik heb veel geleerd van Tom Casey  en zo kom ik tot uiteindelijk tot een eigen stijl van vissen. Of het nu zoet of zout aangaat, ik wil iedere tak van sportvissen gedaan hebben en in zekere mate beheersen. Rene houdt meer van kunstaasvissen en ik meer van een combinatie van natuurlijk aas en kunstaas. Maar als de omstandigheden het gebieden schakelen we wel om.

HENGELS

 Eerst even een onderscheid maken in de plaats waar we gaan vissen. Gaan we eerst op de boot? Zelf prefereer ik bij het vissen vanuit de boot of het nu boven een wrak is of driftend langs de strekdammen een niet al te lange hengel met een niet al te strakke actie. Een hengel met "body" maar met een glazen top om toch de nodige flexibiliteit te kunnen garanderen. Een minimum lengte van 1.80 en een maximum van 2.70m. Als je een fabriekshengel zou mogen noemen dan moet je eens denken aan een lichte 12lbs Black Tiger Stik van "Ugly Stik". Je kunt dan met het grootste gemak de vis landen. Als de stroom nihil is kun je zelfs aan met een 12 tot 20 grams hengel. De zeebaars is wat kracht betreft te vergelijken met een harder. Niet wat drill aangaat maar gewoon pure kracht. Een baars is ook niet berekenbaar. zeebaarsgulpHij kan heel makkelijk meekomen en uitgedrild langs de boot komen om in een flits zich om te draaien en de lijn als nog te breken. Ik heb verhalen gehoord van zeebaarsjongens die baarzen op die manier door 45/00 monofyl lijn zagen knallen. Jongens die echt niet voor het eerst visten dus u bent gewaarschuwd. De baars is een schitterende vechtersbaa(r)s die een tiental meters van je spoel af scheurt om het volgende moment bokt op de hengel als een snoekbaars. Een vast patroon en vergelijking zoals bij onze vriend snoekbaars  is absoluut niet te maken. Dat is denk ik ook de charme van deze ras sportvis. Gaan we  van het strand of van de strekdam is het een totaal ander verhaal. Ik denk dat alle goede hengels met een lengte van 3.60 tot 5.00 meter kunnen worden gebruikt. Als er met lood en een grondmontage wordt gevist moet er uiteraard een totaal andere hengel worden gebruikt dan wanneer u met kunstaas staat te werpen. Een lepeltje of een plug kan gewoon niet worden geworpen met een "strandkanon"
Als je het allerbeste van het allerbeste wilt hebben op het gebied van hengels voor kunstaas en dan met name voor het vissen met kunstaas vanaf de kant moet u echt eens gaan kijken bij Cor Spinhoven van CJW Roddesign uit Amsterdam

Deze heeft samen met "daar heb je hem weer" zeebaars Sehr een schitterende hengel ontwikkeld en ik heb hem in mijn handen gehad in Amsterdam. Een schitterende petrolblauwe blank die volledig op uw wensen kan worden afgebouwd. Als u een betere hengel voor zeebaars weet te vinden laat het me dan even weten.

MOLENS OF REELS

Daar is de discussie weer. Met een molen of reel kunt u beide perfect terecht. Het is maar waar u zelf voor kiest. Ik vind het vissen met een reel een extra dimensie geven, maar weet ook dat ik indirect een aantal obstakels oproep. Het werpen is met een molen altijd te doen en met een reel niet altijd. Als het (kunst)aasje niet zwaar genoeg is dan kunt u zich voorstellen dat het werpen met een molen gemakkelijker gaat. Een reel daarentegen heeft directe overbrenging en is dus sterker. Van een strekdam kan het verschil in inhaalsnelheid de doorslag betekenen. Een hengel moet hoog gehouden worden en er moet vrij snel worden ingedraaid. De molen zal dan waarschijnlijk de beste optie zijn. Het hangt gewoon af van de plaats waar gevist wordt en van uw eigen persoonlijke keuze. Ik heb ze altijd beide bij me en beslis op het moment zelf. Staat er een windje uit zee en wil ik met kunstaas vissen ga ik altijd met de molen aan de slag omdat ik dan verder kom dan met een reel. Sta ik op de pier en heb een lekker  windje in de rug pak ik absoluut mijn werpreel.

AAS

Voor de zeebaars is een heleboel aas goed, maar er blijven altijd aassoorten super. Voor de zeebaars in Nederland wel te verstaan is een stukje zachte krab echt onweerstaanbaar. Met dit aas vist echter minder dan 1 procent. Er is moeilijk aan te komen maar als u er aan kunt komen dan heeft u echt een topaas in handen. Vergeet nooit om de kieuwen te verwijderen. U herkent ze als een hoeveelheid flapjes in de kleuren geel of oranje aan beide kanten aan de onderkant van het schild. 

 Om de een of andere reden vinden de vissen deze organen minder lekker. Het tweede topaas is levende zandspiering, garnaal en verse bliek en verse grote spiering. In Engeland en Ierland wordt vanuit de boot vaak een levend makreeltje of een levende steenbolk gebruikt. Helaas wij mogen niet meer met levend aas vissen en of het nu wel op zee mag of niet wil ik niet eens weten, ik houd  me er gewoon aan. Er is voldoende goed alternatief. Het meest gebruikte natuurlijke aas is de zager en de zeepier. Ik prefereer absoluut de zager boven de pier. Ze blijven veel langer levend en zijn wat harder dan de wormen. Vooral een aantal kleine zagertjes als een "dotje" werkt perfect. In Nederland heb ik ook een aantal malen met inktvis geprobeerd maar ik heb er weinig succes mee gehad, terwijl de Engelsen er goede resultaten mee behalen. Ik ken een aantal mensen in Den Helder die met een klein sleepnetje vlak voor de strekdammen zandspiering vangen en die er erg goed op vangen. Ze houden de spiering levend in een grote koelbox met zuurstofpomp. Vooral de grotere exemplaren zijn er verzot op. In de magen van de zeebaars kom je ze ook vaak tegen. Ze eten alle kleine vissen en schaaldieren die ze kunnen vinden. Kunstaas is een heel breed gebied. Ikzelf heb ze gevangen op jiggen, spinners, lepels, pluggen, verenpaternosters en octopussen. Wel moet je een verscheidenheid aan kleuren bij je hebben want ik weet niet hoeveel keer ik meegemaakt heb dat op een geel/rode jig geen schub werd gevangen en met een blauw/witte perfect. Op een blauw/witte diepduikende plug helemaal niets en met een red heat weer wel. De \andere dag was het juist omgekeerd dus u moet absoluut experimenteren. Maak ook eens een combinatie van kunstaas. Ik heb ook van Rene iets overgenomen. Hij viste in combinatie. Een werppilkertje van 20 gram met daarachter een slug of een rubber eel. De zeebaars is wat dat betreft precies een snoekbaars. Je moet durven met kunstaas te experimenteren.

GEVLOCHTEN OF MONOFYL

Voor mij persoonlijk is dit een uitgemaakte zaak. Ik heb voor de kunstaasvisserij altijd een gevlochten lijn met een twee meter monofyl ( fluoro Carbon)voorslag. Omdat de reactie snel moet wezen heb je het geluk dat er in de gevlochten lijnen weinig rek zit en je zet dus veel sneller de haak. De twee meter monofyl werkt toch een beetje als schokdemper en absorberen de schokken tijdens de dril. Ik vind persoonlijk een goede combinatie van de kant 16/00 tot 20/00 gevlochten met 40/00 hard mono. Je kunt wat vis aan gaat veel lichter vissen, maar je hebt wel rekening te houden met steenstort en basaltblokken. Van de boot heb ik 12/00 tot 16/00 gevlochten Whiplash met 35/00 hard mono voorslag. Tot nu toe heb ik geen een baars gehad die deze \combinatie kapot wist te krijgen maar ik stel mijn slip ook heel goed af. Net iets onder de trekkracht van de lijn.Een grote zeebaars\van 75 cm of meer is echt een krachtpatser die zonder probleem 40/00 kan "mollen"met een vluchtpoging.Als ik met natuurlijk aas vis, dan vis ik nooit en te nimmer met gevlochten lijn omdat het echt veel vis scheelt. De haken scheuren vaak uit door gebrek aan rek in de lijn. Voor de aasvisserij gebruik ik persoonlijk altijd een goede kwaliteit 35/00 monofyl lijn met een 50/00 tot 60/00 monofyl voorslag om de worp op te vangen en je tewapenen tegen de steenstort.

ONDERLIJNEN

Uiteraard zijn er tientallen lijnen die vis vangen maar ik wil u toch mijn variaties vertellen. Van de pier en strekdammen met kunstaas vis zoals ik ook op snoek vis. Een onderlijn voor de visserij met aas is een ander verhaal. De bekende zwerflijn of zwabberlijn geeft absoluut de meeste aanbeten omdat het aas meer beweegt. Als je ver moet werpen kun je een lijn maken die je op kunt klippen. Ik persoonlijk doe het vrijwel nooit omdat ik die tierelantijn niet op mijn lijn wil. Ik werk dan liever met vriesspray om te zorgen dat de zagers er niet af vliegen. Je hoeft bij de strekdammen echt niet zo heel ver te gooien om bij de vis te komen.

Je kunt ook een zwerflijn in combinatie met een jo-jo maken zodat een grote vis goed onder het lood komt te zitten en er dus minder kans bestaat dat het geheel vast loopt. Om een heel lang verhaal kort te houden, elke onderlijn is goed als er maar een lange aaslijn aan zit. Om dit met een praktisch voorbeeld te illustreren: we waren een aantal jaren terug met de redactie van www.hengelsport.com aan het vissen in Bretagne op het eilandje Quiberon. Een heel goede zeebaarsstek met veel goede stekken ook om zelf zee-aas te steken. Enorme tappen en zeepieren vond je daar aan de wadkant. We spraken daar een aantal Fransen en die waren net als ik gek op zeevissen. Ik probeerde in mijn beste Frans uit te leggen wat een dwarrelonderlijn was. Peter Kuntz was zo slim om een Zeehengelsport erbij te nemen want een foto of afbeelding zeggen meer dan een  emmer vol verkeerd uitgesproken franse woorden. De fransen waren het er absoluut niet mee eens want ze hadden meer vertrouwen in hun drie haaks afhouder. Er werd een ludieke wedstrijd georganiseerd met stokbrood, droge worst, wijn en het onmisbare Opinel zakmes. De Fransen hadden voor het nodige publiek gezorgd en het werd bere gezellig. Het publiek zat op de kade en wij stonden met drie Hollanders en drie Fransen op het strand. De wedstrijd zal ik niet verslaan maar om 22.00 uur in de avond met opkomend tij begonnen we en om 01.00 uur  hielden wij er mee op omdat we genoeg hadden gevangen. In totaal hadden we 21 alen en 6 zeebaarsjes gevangen. Toen we er mee stopten stonden de Fransen op 3 aaltjes. Demonstratief gingen we onder het zingen van het Wilhelmus naar onze tent. De Fransen zagen er gelukkig de humor er van in. We gaven al de vis aan onze tegenstanders en dit was waarschijnlijk de allerbeste zet. De volgende dag werden we uitgenodigd op een heerlijk diner van pernot, droge worst, gestoofde aal en gegrilde zeebaars. Het leven is in Frankrijk zo slecht nog niet.

ALTERNATIEF OP DE ZEEBAARS

Een heel leuk alternatief voor al de bestaande varianten voor het vissen op de zeebaars, is het vissen met de feederhengel. Ik moet er wel bijzeggen dat er bij deze manier alleen met natuurlijk aas kan worden gevist. U kunt dezelfde montage gebruiken als op de brasem alleen wat zwaardere lijn. Ik heb als hoofdlijn 30/00 monofyl en als aaslijn hetzelfde. Ik vis regelmatig op de pier en het is een schitterende manier van ontspanning. Een stukje opzoeken waar niet veel steenstort is en dan de zwerflijn montage beazen met een zagertje en zover mogelijk ingooien en om de twee minuten het geheel een tweetal meters langzaam binnen halen. Als de baars er zit krijgt de feedertop soms zo een enorm pak slaag dat met geen pen te beschrijven is Het tweede alternatief voor kunstaas en natuurlijk aas is het vissen met de Sribulino zeebaars-sprospinner2Dit Italiaanse werpdobbertje is er in drijvend, zwevend en zinkend. Achter dit hulpmiddel komt een stoppertje met een warteltje en aan het warteltje een aaslijntje van 1,5 a 2,5 meter. Ik kreeg deze werpdobber 5 jaar gelden van een Italiaanse vriend Roberto Ferrario die ook in de roofvis schrijft. Sinds dat ik deze dobbers gebruik (SPRO heeft ze nu ook in het assortiment) vis ik er ook mee op makreel, geep en forel. Als de zeebaars er zit, is het een geweldige sport op een medium of zware feederhengel. Gewoon eens doen en u zult zien dat het vissen op zeebaars een feest wordt voor iedereen.