Sinds een aantal jaren ben ik teruggekomen van een wijd verspreide volkswijsheid. Vis is bang voor geluid en dan met name dat van motoren in of aan boten. Wie heeft dat fabeltje verzonnen? Uiteraard zal in een poldertje in Wijdenes waar nog nooit een boot is geweest de vis opkijken bij het geluid van een buitenboordmotor maar dat is natuurlijk niet vreemd.
KENIA
Tijdens mijn eerste big-game trip in Afrika heb ik met verbazing gekeken naar de afstand van kunstaas tot boot. Slechts tien meter achter twee op volle kracht brullende motoren. De meest verre aaslijn stond op veertig meter.

Vlakbij de schroef pakte de marlijn het kunstaas.

 Zeventig procent van de strikes kwam van de kortbij liggende lures. Er was geen enkel onderscheid te bekennen in vissoorten. Tonijn ,wahoo, marlijn en dorade, allemaal kwamen ze binnen deze afstand om het aas te pakken. Waarom werden ze niet afgeschrikt door het motorgeweld.
PANIEK IN DE TENT
 Dit werd ook nog eens benadrukt door de manier waarop de Kenianen de tonijnen wisten te lokken. Door met takken op het water te slaan en tegelijkertijd kleine aasvisjes in het water te gooien wisten ze de tonijn tot zeer dicht bij de boot te lokken. De tonijnen werden blijkbaar aangetrokken door het geluid op het water en bij de boot gehouden door om de zoveel tijd aas in het water te gooien. Het werkte uitstekend. In mijn jeugd heb ik ooit een wedstrijd gevist in een sloot grenzend aan een openlucht zwembad. Tot mijn onsteltenis lootte ik de stek die het dichtst bij het zwembad lag. Het was die dag 25 graden dus u raadt wel dat het zwembad tot de rand toe gevuld was met luidruchtige in schaars geklede badkleding gehulde dames, met hun nog meer luidruchtige kroost.
Ook kleine snoek is niet bang voor de boot

 


Met het idee dat mijn kansen verkeken waren heb ik daar mijn spullen uitgepakt en ben gaan vissen. Uiteindelijk won ik de wedstrijd met een enorme hoeveelheid heel kleine baarsjes. Nieuwsgierig als ze waren geworden door het geluid van het zwembad kwamen ze uiteindelijk toch mijn maden tegen. Waarschijnlijk worden roofvissen weldegelijk aangetrokken door geluid. Wanneer een boot aan komt varen dan zullen er wellicht een aantal kleine visjes naar de zijkant vluchten die een gemakkelijke prooi vormen voor de zich daar bevindende roofvissen. Er zijn tal van voorbeelden te noemen waarbij het klaar als een klontje was dat geluid de vis scheen aan te trekken.Vooral bekend geluid als dat van een motor.Wat denkt u van het "kwakhout"dat met kracht door het water wordt geslagen bij de meervalvisserij, wat denkt u van het meest simpele voorbeeld van het tikken tegen een aquariumruit.Met bekend bedoel ik ook bekend. Een grote staande kerel in de boot die hard praat en ook nog eens beweegt in diezelfde boot ( veel Amsterdammers hebben daar last van) vind ik minder bekend en daar heb ik dan weer geen vertrouwen in.baarsartikelpimmetbaars 
DIVERSE SOORTEN KUNSTAAS
Met deze wetenschap kunnen er bij het trollen natuurlijk ook veel meer soorten kunstaas gebruikt worden omdat er simpelweg ook dichterbij de boot gevist kan worden. Een plug op veertig meter van de boot komt veel dieper dan wanneer diezelfde plug drie meter van de boot wordt gevist. Je aanslag is veel directer en veel harder omdat de afstand geen rol meer speelt. De lepels en de pluggen pakken niet zo snel meer rommel in de polder en kunnen daardoor veel scherper gevist worden. Als je de rand van de boot als nulpunt neemt dan is een hoek van 90 graden het meest ideaal. De hengel uiteraard binnen handbereik zodat er geen probleem ontstaat wanneer je een aanbeet krijgt. Door de snelheid van de boot haakt de vis zichzelf vrijwel altijd. Ik sla nooit aan nadat ik de hengel uit de standaard heb gehaald. Ik zorg wel altijd dat er spanning op de lijn blijft staan. Het komt regelmatig voor dat er door de aanslag een haakgat is ontstaan met een zekere ruimte. Een losschieter is vaak het resultaat als de spanning op de lijn wegvalt.

bbzsnoekwater
Snoek op een Arukushad van Spro van 110 cm net onder de boot
 

 


TWEE HENGELS TER VERGELIJK
Probeer eens een tweede hengel op een iets grotere afstand van de boot. U zult bemerken dat u de meeste aanbeten op de kortst bij liggende hengel krijgt. Wees dan ook niet bang om een traject vier of vijf keer te bevaren. Heel vaak krijg je pas na een aantal keren resultaat. Je kunt ook variatie aanbrengen door de hengels beide aan één kant te leggen.

Geert Luinge met een mooie snoek van dikke 90 centimeter

 


Ik begin altijd met verschillende kleuren kunstaas. Hierdoor kom je snel aan de weet welke kleur op dat water en bij die weersomstandigheid favoriet is. In de koudere maanden is vaak de kleur groen/geel, rood/geel en oranje goed. In de avonduren tegen de schemering is bij mij bijna altijd de kleur blauw/wit of naturel kleuren favoriet Uiteraard blijft het altijd een kwestie van uitproberen. Denk niet dat er in de koudere maanden niets aan kunstaas te vangen zou zijn en dat de vis misschien zou schrikken van motorgeluid.asnbgeert
GELUK?????!!!!!! 
Ik durf er werkelijk geen woord aan vuil te maken. Wie het weet mag het zeggen. Vaak hoor je zeggen " Daar heb je Jantje met z'n "gouden" piemel weer. Die goser heeft altijd geluk, "Hij weer", Is er weer één aan z'n plug gaan hangen. Zou er ook bij het plugvissen  techniek bestaan of is er ook een mate van geluk. Ik ga een poging wagen om het misschien begrijpelijk te maken. Natuurlijk is er een vorm van geluk, iemand die in de zomer op snoek vist en zijn hengels aan de oever uit heeft staan zal meer keren een aanslag krijgen dan iemand met z'n hengels op het wijd. Iemand die voor in de boot zit zou dus eerder de snoek moeten tegenkomen dan de schipper of de laatste man.

Pim Pos met een snoek van 105 cm midden in de woonwijk vlak achter de boot

 


Toch zie je in de praktijk wat anders dan je zou verwachten. Wat ik zelf altijd doe is dat ik me niet spiegel aan m'n medevissers. Ik doe altijd wat me ingegeven wordt. Simpel omdat ik uit ervaring geleerd heb van mijn fouten. Heb in een korte tijd veel vuil opgevist dan doe ik er een andere minder diep lopende plug op. Vang ik niet genoeg dan ga ik al snel over tot het proberen van een ander model of andere kleur. Ik vis steevast met twee verschillende pluggen in grootte. Ik geloof absoluut dat een boot de juiste snelheid moet hebben om een plug goed te kunnen slepen. Ga je te snel dan vang je absoluut minder vis dan je zou kunnen. Ik trim mijn 50pk motor ook zo hoog dat hij net met de propellor onder water zit en er dus minder vaart inzit en er max. een snelheid van 4 kilometer per uur wordt gevaren. Als je al de op ervaring gebaseerde dingen opneemt in je volgende keer ga je ook steeds meer vangen. Lees het water en de omstandigheden en je boekt elke reis weer vooruitgang.
Laat een ieder het maar geluk noemen.....dan hoef je ook het minste uit te leggen