Rondreis april/mei door het mid-westen van Noorwegen ( deel 2: Betten Rorbuer fishing camp op Smola)
Zondag 1mei 2011
Het is zoals de hele week ongelofelijk mooi weer. Helaas er moet ook altijd wat te klagen zijn en dan is het nu dit keer de wind. Het waait redelijk hard zeker windkracht 4 a 5 en dan kunnen we het wel vergeten met de boten die hier liggen. Het zijn mooie ruime open boten met een 30 tot 50 pk Honda of Suzuki. We gaan daarom maar heerlijk vissen in de fjord waar we redelijk beschut liggen.
Ik ben zoals gewoonlijk als eerste op en hoor op de achtergrond Ronald het Noorse bos omzagen. Ik zal het zelf ook wel hebben gedaan want ik heb een strot als zeemleer. Ik loop naar de drijvende steiger waar ik de dag ervoor nog die mooie zeeforel heb gevangen. Met een mini pilkertje van Solvkroken van 2 gram vang ik in een mum van tijd een aantal kleine koolvisjes. Voor grote, maar ook voor kleine gul is en blijft het ongelofelijk goed aas. Om 7.30 hoor ik dat de wekker zijn werk heeft gedaan en om 8.00 uur zitten we aan een broodje. Om 8.20 varen we de zee op. In verband met de wind besluiten we om het redelijk dichtbij in de beschutting van de rotsen te proberen.
Binnen no-time liggen er vier gulletjes van 2 kilo in de bak. Lekker vissen met een verticaalhengeltje en pilkertjes tot 40 gram. Dit kan ook wel eens lekker zijn gewoon heerlijk een uurtje vissen met superlicht materiaal.. Ronald heeft een levendaas montage gemaakt en probeert het met een klein koolvisje. Al snel krijgt hij beet en vangt een gulletje van 45 centimeter met een koolvisje van 15 cm. We hebben besloten de vis mee te nemen voor die aardige Slowaakse vissers. Na 8 gulletjes zien we in de verte een witte boot aankomen.
Het is een Slowaakse groep die even komt buurten. Als ze onze vis zien worden hun ogen groot en ik vraag of ze de vis willen hebben. Direct gaat de klep open van het visluik en ik gooi de vis erin. Dolblij varen ze door totdat ze uit het zicht zijn. Na ongeveer weer 8 gulletjes zien we een zwarte streep met schuim aan de horizon. Het kan niemand anders dan Egil zijn. Hij heeft een onvoorstelbaar mooie zwarte ribboot met 250 pk Suzuki erachter hangen…..Wat een power!!!! Hij heeft ons gezien en komt langszij en vraagt of we mee willen naar zijn eigen privé project. We varen met onze boot naar een stalen markeringspaal en binden de boot eraan vast. Dan stappen we bij hem aan boord en blazen we met 80 kilometer per uur naar een klein baaitje op 5 minuten varen.
Daar laat hij ons zijn vakantiehuis zien helemaal opgebouwd vanaf de grond. Het was eerst een schapenstal en n u heeft hij het eigenhandig met honderden jaren oud hout weer opnieuw opgetrokken. Als we laten merken dat we het mooi vinden zien we Egil gewoon genieten. Wat een rust en wat een stilte. Boven ons in de lucht hangen twee arenden die de grond aan het verkennen zijn.
Er lopen hier wilde schapen en die hebben gelammerd en als er toevallig dode beesten zijn dan ruimen deze enorme grote roofvogels ze op. Als we het huis bekeken hebben scheuren we weer met een onwijze gang naar onze boot in de baai. Ook dan vangen we weer onze vis en bewaren ze weer. In de verte zien we weer onze Slowaakse vrienden aankomen en ja hoor ze komen weer buurten. Ze hebben de hele dag maar 4 visjes gevangen met 4 personen en als ze onze 21vissen weer zien dan worden ze weer blij. We zien een grote mate van ongeloof en respect in hun ogen. Ze vissen gewoon verkeerd en veel te zwaar.
We gooien de vis weer over en we krijgen als dank van deze aardige mensen 2 lekker koude biertjes, dat is nog eens goede ruilhandel. Vissen kunnen deze mensen absoluut niet en we denken dat ze in Noorwegen zijn gekomen met het idee dat de vis hier gewoon in de boot springt. Ze zeggen in zeer gebrekkig Engels / Duits / Russisch dat als we terugkomen we bij hun langs moeten komen voor een lekker borreltje. Ze gaan naar huis en wij gaan nog even door. We vangen nog een paar schelvisjes en een gulletje om op te eten en gaan dan ook richting huis.
´s Avonds zitten we heerlijk in het zonnetje en ik ga na het eten even naar een dode Jan van Gent die ik wil plukken voor de smetteloze witte veertjes. Deze zijn perfect om makrelenveertjes mee te maken. Ik probeer ook nog de kop van de schitterende vogel mee te nemen voor mijn zoontje Hugo maar de lucht weerhoudt me van dat idee. Ik denk dat het dier is doodgegaan vlak voor de winter. Vlak onder de borst en tegen de poten zitten de juiste lengte veertjes voor de allermooiste makreelvliegen. Dan worden we geroepen en zitten we al snel aan de perenbrandewijn de Slivovitsj en de wodka. We gaan na een borreltje of wat naar huis en duiken onze koffers in.
Ik weet wel dat ik binnen een paar seconden al vertrokken was. Maandag gaan we in de loop van de dag naar een andere bestemming 40 kilometer verderop. Tot zover over deze geweldige bestemming Betten Rorbuer op Smola met een geweldige gastheer Egil |Betten
Pim Pos